Kunnen bepaalde ziekten bij mensen en dieren verklaard worden door een infectie met een nog onbekend virus? En zijn er in (wilde) dieren onbekende virussen aanwezig die mogelijk in de toekomst mensen of andere dieren ziek kunnen maken?

Dat zijn de vragen waar mijn collega’s en ik van de Viroscience-afdeling ons op dit moment mee bezig houden!

Om een antwoord op deze vragen te vinden werken we samen met artsen, dierenartsen en (medisch) biologen over de hele wereld. Als mensen en dieren ziek worden, maar ze kunnen de oorzaak niet vinden, dan kunnen zij monsters naar ons opsturen. Wij kunnen deze monsters dan testen op de aanwezigheid van nog niet ontdekte virussen. Door de komst van allerlei nieuwe technieken en apparaten de afgelopen jaren zijn we nu in staat om snel en efficiënt te zoeken naar virussen die tot nu toe nog niet gevonden konden worden. Praktisch zijn we dus bezig met het verzamelen van monsters en het analyseren van deze monsters in het lab en achter de computer. De afgelopen jaren hebben we op deze manier veel nieuwe virussen gevonden, van een virus bij mensen met diarree in Bangladesh tot een virus wat ziekte van de hersenen kan geven bij slangen.

Naast het vinden van nieuwe virussen proberen we ook te begrijpen hoe deze virussen mensen en dieren ziek kunnen maken, en te voorspellen wat er gebeurt als er een nieuw virus opduikt. Zo hebben we kort geleden samen met de Zeehondencrèche in Pieterburen een groot onderzoek gedaan naar het gevaar van een uitbraak van het zeehondenziekte-virus bij zeehonden in de Waddenzee. Door dit onderzoek proberen we er uiteindelijk voor te zorgen dat mensen en dieren zo min mogelijk ziek worden door infectie met een virus.